BABY'S EN KINDEREN

ZO BEHANDEL IK

baby's en kinderen

De benadering van een zuigeling of kind is anders dan die van een volwassene. De osteopaat zal naast de anamnese ook veel informatie uit de observatie van de zuigeling of het kind halen. Het kind wordt nauwkeurig geobserveerd. Is het kind actief, hoe beweegt het, is er een goede grip van de handen, hoe krachtig is het huilen, enz. Het lichaam wordt eerst als een geheel benaderd om dan de afzonderlijke delen te doorgronden. De osteopaat zal de verschillende structuren zoals de schedelbeenderen, de nek, de rug, het bekken, de buik en eventueel de gewrichten heel zachtjes palperen en bewegen.

GEBOORTE


Een ogenschijnlijk gemakkelijke bevalling vraagt veel van de baby en moeder. Tijdens het baren ondergaat het babyhoofdje enorme krachten door de weeën. De schedelbeenderen worden verschoven om het hoofdje te verkleinen om zo de uitdrijving door de bekkenopening mogelijk te maken. Omdat de structuren van het hoofd nog vervormbaar zijn, levert dit over het algemeen geen problemen op.


Soms verloopt de bevalling niet soepel door langdurige weeën, trage ontsluiting, vacuüm-of forcepsverlossing of door het eventuele duwen op de buik van de moeder. Deze extra krachten werken ook in op de baby. Wanneer deze mechanische krachtinwerkingen niet verwerkt kunnen worden door het kleine babylichaampje, kan dit in de toekomst een verstorende factor zijn in alle ontwikkelingsaspecten van het kind. Het kind zal zich namelijk proberen aan te passen aan de ontstane beperkingen.


Als het hoofdje of de nek getordeerd blijft na de bevalling, zal ook de rest van het lichaam zich asymmetrisch ontwikkelen. De structuren in het lichaam zullen zich aan deze torsie aanpassen, met impact op het hele lichaam. Het is belangrijk dat prikkels van zintuigen goed verwerkt kunnen worden. De wervelblokkades maken het verwerken van prikkels moeilijker waardoor een verstoring van de lichaamsbeweging en -evenwicht kan optreden. Een osteopathische controle met -indien nodig- een behandeling kan van grote waarde zijn op de ontwikkeling van het kind.

HUILBABY'S


Theoretisch is een huilbaby een baby die langer dan drie uur gedurende minimaal drie dagen per week over een periode van drie weken huilt. Soms is er niet direct een oorzaak te vinden maar merken de ouders wel dat de baby onrustig of ontroostbaar is, niet wil slapen, niet geknuffeld wil worden, niet vlot eet, een opgezet buikje of last van krampen heeft. Dit zijn klachten waarbij een osteopaat in veel gevallen iets kan betekenen.


De osteopaat voelt naar een eventuele invloed van de schedel, nek, rug, andere gewrichten en overprikkelde darmen. Door deze plaatsen vervolgens te behandelen, probeert de osteopaat de beweeglijkheid van de weefsels te verbeteren, waardoor het zenuwstelsel minder geprikkeld wordt. Hierdoor zal het kind gemakkelijker tot rust komen.

REFLUX EN DARMKRAMPEN


Reflux en darmkrampen kunnen ontstaan door een overprikkeld zenuwstelsel. Natuurlijk kunnen er ook andere oorzaken aan ten grondslag liggen zoals een hiatus hernia (middenrifbreukje), voedingsallergie of -intolerantie, pylorusstenose (vernauwing van de maaguitgang). Een overprikkelde darm kan een gevolg zijn van een onevenwicht van het zenuwstelsel ten gevolge van blokkades in het lichaam. Voor de osteopaat is het OAA-complex (O=occiput en eerste twee nekwervels: A=atlas, A=axis) een zeer belangrijke zone! Hier ontspringt ook de tiende hersenzenuw (n.vagus) welke een heel belangrijke rol speelt in de spanning en bezenuwing van het spijsverteringsstelsel en andere organen. Door de blokkades te corrigeren en de schedel te behandelen, kan de osteopaat een beter evenwicht van het zenuwstelsel activeren. Het diafragma (middenrif) speelt een belangrijke rol bij reflux omdat de slokdarm het diafragma passeert en overgaat in de maag. Bijgevolg is de spanning van het diafragma bepalend voor een goede functie van de cardia (maagmond) en maagwerking.

KISS-SYNDROOM


De afkorting ‘KISS’ staat voor Kopfgelenk-Induzierte Symmetrie Störungen waarmee een groep van asymmetrieën in de lichaamshouding wordt bedoeld die hun oorzaak vinden in de bovenste halswervels en schedelgewrichten. Uit de praktijk maar ook uit wetenschappelijke studies blijkt dat het functioneren van de bovenste nekgewrichten van groot belang is voor de houding en motorische ontwikkeling van de pasgeborene. De zuig- en slikreflex worden ook beïnvloed door de schedelbasis en de eerste wervels.


De asymmetrie van de zuigeling is één van de duidelijkste symptomen van het KISS-syndroom. Sommige baby’s vertonen het gedrag van veel of ontroostbaar huilen juist niet. Daarom wordt het asymmetrisch liggen dikwijls té laat ontdekt en gaat de schedel zich soms al na 4 weken afplatten. Daarom raden osteopaten aan om elke baby enkele weken na de bevalling te controleren en indien nodig te behandelen.

Men moet er bij stilstaan dat een schedelafplatting een asymmetrische ontwikkeling in het hele lichaam kan veroorzaken. De osteopaat kan met enkele behandelingen trachten functieherstel in de bovenste nekgewrichtjes te bereiken, waardoor verdere schedelasymmetrie wordt voorkomen.


Een scheve stand van de bovenste nekwervel(s) kan er toe leiden dat de zuigeling dikwijls overstrekt of met een scheve verdraaide nek ligt. Deze scheefheid zet zich voort over de gehele romp, zelfs tot in het bekken en heupgewricht. Het zich behaaglijk voelen ontbreekt, de baby huilt veel, slaapt slecht en kan niet goed eten (door een zwakke zuig- en slikreflex). Het kindje is overprikkeld. Zelfs liefdevolle verzorging of aanraking kan heftige reacties oproepen die zich uiten in overstrekken. Bij veel kinderen blijft dit onbehagen hun leven voor een deel bepalen en speelt het zelfs nog een grote rol in de verdere ontwikkeling. Enkele behandelingen osteopathie blijken veelal toereikend te zijn om deze problemen aan te pakken en zijn niet te vergelijken met de zgn. helmtherapie en langdurige oefentherapie.

OSTEOPATHIE BIJ DE ZWANGERE VROUW


De osteopaat gaat op dezelfde wijze te werk als bij een niet-zwangere vrouw. Hij zal beginnen met een anamnese om dan het onderzoek en de behandeling te laten volgen.

In de loop van de zwangerschap zal een houdingsverandering plaatsvinden met eventuele volgende klachten:


  • rug- en bekkenklachten
  • uitstralende pijn in de ledematen
  • veneuze congestie in het kleine bekken,met als gevolg oedeem, spataderen, aambeien
  • hoofdpijn
  • kortademigheid
  • spijsverteringsklachten
  • reflux (3e trimester)


In de praktijk onderzoekt de osteopaat altijd het bekken, de ribben en het borstbeen. Als één van die zones geblokkeerd is, vermindert het comfort van de vrouw enorm en is behandelen belangrijk! Door te behandelen wordt het welzijn van de vrouw niet alleen verhoogd maar wordt ook meer ruimte voor de baby gemaakt.